Voedingscentrum.nl maakt gebruik van cookies. Waarom? Lees onze uitleg.
Menu
Zoek
A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W Y Z
Encyclopedie A-Z

Voedselverspilling

Nederlanders verspillen thuis gemiddeld 33,4 kilo eten per persoon per jaar aan vast voedsel. Vooral bij brood, groente, fruit, aardappelen en zuivel is veel winst te behalen. De hoeveelheid voedselverspilling thuis daalde sterk sinds 2013. Die daling lijkt nu te stagneren. 

Kopen wat je nodig hebt, precies op maat koken en eten en drinken op de juiste plek en bij de juiste temperatuur bewaren, helpt om voedselverspilling tegen te gaan. Hiermee kunnen consumenten hun milieu-impact verlagen. Door geen voedsel te verspillen kun je zo’n € 138 per persoon per jaar besparen. Het Voedingscentrum biedt informatie en tools om slim te koken, kopen en bewaren en zo verspilling te voorkomen.

Waarom is het belangrijk om minder voedsel te verspillen?

Het verminderen van voedselverspilling is één van de belangrijkste aandachtspunten om klimaatverandering tegen te gaan en de groeiende wereldbevolking te kunnen voeden. Al ons voedsel is geproduceerd, verwerkt, vervoerd, verpakt en bereid. Hiervoor zijn grondstoffen, arbeid en energie nodig. Wanneer voedsel wordt verspild, zijn deze investeringen voor niks geweest. Op deze manier heeft voedselverspilling een impact op milieu, economie en sociale aspecten. Het is dus belangrijk om voedselverspilling waar dat kan te voorkomen.

Wat is voedselverspilling?

We hebben het over voedselverspilling als: voedsel dat is geproduceerd voor menselijke consumptie hier niet voor wordt gebruikt. Er is geen onderscheid tussen voedsel dat voor of na de houdbaarheidsdatum wordt weggegooid. Of tussen voedsel dat wel of niet is bedorven.  

Niet eetbare delen worden niet meegerekend. Denk hierbij aan: schillen, stronken, kaaskorsten, eierschalen, koffiedik, theeresten en vlees- en visresten (botten, graten). 

Hoeveel wordt er verspild in Nederland?

De totale hoeveelheid verspilling in Nederland in de hele keten lag in 2019 tussen de minimaal 1.51 en maximaal 2.38 kiloton. Omgerekend per inwoner is dat tussen de 88 en 138 kilo per persoon. Als de verspilling van vast voedsel in huishoudens (exclusief dranken) nu geschat wordt op 33,4 kilo, betekent het dat huishoudens een aandeel hebben van zo’n 24 tot 38% van de totale verspilling in de keten.

Enkele cijfers over voedselverspilling in Nederlandse huishoudens (2022):

  • In 2022 was de gemiddelde verspilling van vast voedsel bij de Nederlandse consument thuis 33,4 kilo per persoon per jaar.  
  • De vijf meest verspilde productgroepen zijn brood en deegwaren (6,2 kilo), groente (4,4 kilo), fruit (4,3 kilo), aardappelen (2,8 kilo) en zuivel (2,8 kilo). Ten opzichte van 2019 zijn brood en deegwaren en zuivel minder verspild, maar groente en fruit juist meer. 
  • In 2022 werd 8,9% van de totaal gekochte hoeveelheid voedsel verspild. Sinds 2010 is dit percentage steeds kleiner geworden.  
  • We verspillen meer dranken dan in 2019: 64,4 liter per jaar in 2022 in plaats van 45,5 liter per jaar in 2019. We zijn meer koffie en thee gaan verspillen thuis. Dit zijn ook de meest verspilde dranken thuis.  

Lees de uitgebreide rapportage van voedselverspilling bij consumenten thuis in 2022.

 

Voedselverspilling halveren voor 2030

Het verminderen van voedselverspilling is een van de belangrijkste aandachtspunten om klimaatverandering tegen te gaan en de groeiende wereldbevolking te kunnen voeden. Daarom hebben de Europese Unie en de Nederlandse overheid zich verbonden aan Sustainable Development Goal (SDG) 12.3: in 2030 moet de voedselverspilling per persoon bij consumenten en supermarkten gehalveerd zijn ten opzichte van 2015.

Op dit moment zijn we halverwege de periode om dit doel te realiseren en is een vermindering van 23% gerealiseerd ten opzichte van 2015. Waar de geschatte hoeveelheid verspilling van vast voedsel in 2015 nog 43,3 kilo was, is dat in 2022 33,4 kilo. De sterke daling die sinds 2013 zichtbaar was, lijkt te stagneren. De gevonden hoeveelheid verspild voedsel was in 2022 slechts 0,9 kilo lager dan in 2019. Als er inderdaad sprake is van stagnatie en deze zet door in 2025, dan wordt de kans om het doel van 50% vermindering in 2030 te halen erg klein. We werken hard met de hele keten om voedselverspilling bij consumenten thuis te verminderen.

Wie verspilt er?

Iedereen verspilt voedsel. De een wat meer dan de ander. Maar bij ieder huishouden wordt wel een klein beetje voedselverspilling gevonden. Niet iedere consument is daarvan overtuigd. Ze denken dat het vooral een probleem is van een ander. Iets waar de buren vooral verantwoordelijk voor zijn. Veel consumenten onderschatten dan ook hun eigen voedselverspilling.

(Jonge) gezinnen

Verspilling komt het meest voor bij huishoudens met (jonge) gezinnen. Ook jongere consumenten verspillen relatief veel. Of je werkt lijkt ook gerelateerd aan voedselverspilling. Toch is er nog veel onduidelijk als het gaat om wie de grote verspillers zijn. Zo wordt er in huishoudens met (jonge) gezinnen relatief veel verspild, maar lijken ze per persoon minder te verspillen dan kleinere huishoudens. Er lijkt geen sterke relatie te zijn tussen demografische kenmerken als leeftijd, opleidingsniveau en geslacht en de hoeveelheid voedselverspilling.

Niemand wil echt verspillen

Hoewel iedereen wel een beetje voedsel verspilt, wil niemand echt voedsel verspillen. Zo geeft 94% van Nederland aan hun best te doen om minder voedsel te verspillen. En vindt 95% het belangrijk om zo min mogelijk voedsel te verspillen. We willen dus wel degelijk voedselverspilling voorkomen. Waarom we dan wel verspillen? Voedselverspilling voorkomen is complex en er spelen veel factoren mee. Welke factoren dat zijn, wordt uitgelegd in de factsheet Voedselverspilling door consumenten.

Wat kun je doen tegen voedselverspilling?

  • Controleer je voorraad voor je boodschappen doet. Wat heb je nog in huis? Wat moet als eerste op? Zo weet je wat je écht nodig hebt. Bewaar restjes en open verpakkingen op een vaste plek in je koelkast of voorraadkast. Je ziet dan direct wat als eerste op moet. Zet producten die als eerste op moeten vóór de andere producten. Zo pak je altijd het product dat als eerste de houdbaarheidsdatum bereikt.
  • Maak een menu voor de hele week. Schrijf wat je nodig hebt op een boodschappenlijstje. Bedenk vooraf wie er mee-eten. Weet je niet zeker of je thuis eet? Plan dan een gerecht met producten die langer houdbaar zijn, bijvoorbeeld met producten of restjes uit de vriezer.
  • Schrijf ook de hoeveelheden op je boodschappenlijstje. Bijvoorbeeld: sperziebonen 400 gram. Je koopt dan minder snel te veel.
  • Kook precies genoeg. Kijk wie er mee-eten en weeg af hoeveel je nodig hebt. Een keukenweegschaal is handig. Voor pasta, rijst en couscous is het Eetmaatje een aanrader. Of kijk hoe 250 gram groente eruitziet op een dag.
  • Bewaar je eten op de juiste plek. Kijk in de online Bewaarwijzer waar het product het langst goed blijft. Groente, brood en maaltijden zijn heel lang houdbaar in de vriezer.
  • Eet producten voor het verstrijken van de datum op. Producten met een TGT-datum, zoals vers vlees, verse vis en voorgesneden groenten en fruit uit een zakje of bakje, kun je beter niet meer opeten na de datum. Bij de THT-datum, zoals brood, zuivel en lang houdbare producten, kun je je zintuigen gebruiken. Kijk, ruik en proef of het nog goed is. Het is vaak nog dagen te gebruiken na de datum.
  • Kijk of je nog kliekjes en restjes in huis hebt. Wanneer maak je ze op? Houd wekelijks een kliekjesdag/donder-niet-weg-dag. Met de Receptenzoeker of de Receptenapp kun je op basis van de ingrediënten die je nog in huis hebt zoeken naar bijpassende recepten.

Bekijk hier de uitgebreide tips om voedselverspilling te voorkomen:

7 tips om voedselverspilling te voorkomen

Voedselveiligheid en voedselverspilling

Het is belangrijk om voedselverspilling te voorkomen, maar je kunt voedsel niet altijd meer veilig eten. Wanneer producten zijn bedorven kun je er een voedselvergiftiging van krijgen. Dit kun je voorkomen door eten goed te bewaren en te letten op de houdbaarheidsdatums.

Hoe lang een product houdbaar is, moet op de verpakking te vinden zijn. De houdbaarheidsdatum geldt zolang de verpakking niet is geopend. Niet weten wat de houdbaarheidsdatums betekenen en wat het verschil is tussen de twee, zijn belangrijke oorzaken van voedselverspilling.

Houdbaarheidsdatums

Op verpakkingen kunnen 2 soorten houdbaarheidsdatums staan: een 'ten minste houdbaar tot'-datum (THT) of een 'te gebruiken tot'-datum (TGT).

  • ‘Ten minste houdbaar tot’-datum (THT): kijk, ruik en proef na de datum of het nog lekker is. De kwaliteit van een product kan omlaag gaan na deze datum, maar de veiligheidsrisico’s zijn klein. 
  • ‘Te gebruiken tot’-datum (TGT): gebruik of vries in voor of op de datum. De producten zien er soms nog lekker en goed uit, maar er kunnen onzichtbare bacteriën of schimmels op groeien waar je ziek van kunt worden als het na de datum gebruikt.

Consumenten vergeten bijvoorbeeld dat ze een product in huis hebben. De THT-datum verstrijkt en ze denken dan dat ze het voedsel niet meer kunnen consumeren. Maar de meeste producten met een verstreken THT-datum kunnen vaak nog dagen na de datum veilig worden gebruikt. Door te kijken, ruiken en proeven kan de kwaliteit van het product worden beoordeeld. Producten met een TGT-datum kunnen na de datum niet meer veilig worden gebruikt. Deze kun je op de datum het beste direct opeten of invriezen.

Helpt een etiket tegen voedselverspilling?

Het etiket kan helpen om voedselverspilling te voorkomen. Op het etiket staat een houdbaarheidsdatum. Producten met een verlopen THT-datum (kwaliteit gegarandeerd) kunnen mensen vaak nog eten zonder ziek te worden. Producten met een verlopen TGT-datum (veiligheid) moet je direct weggooien, anders kunnen je een voedselinfectie krijgen.

Sommige producenten hebben ook iconen op de verpakking die duidelijker aangeven of het gaat om een THT- of TGT-datum. Ook helpt het consumenten te beoordelen of ze het product nog kunt eten of niet wanneer de datum is verstreken. En dat kan voedselverspilling verminderen.

Invriezen en gekoeld bewaren

Invriezen of gekoeld bewaren is een belangrijke maatregel tegen verspilling. Door producten in te vriezen blijven ze langer goed. Bijna alles is in te vriezen. Bijvoorbeeld brood, maaltijdrestjes en vlees. Producten zoals groente, fruit en aardappelen kun je na wat bewerking invriezen. Kijk in de Bewaarwijzer hoe je dat per product het beste doet. Bakjes, zakjes en stickers zijn dan handige hulpmiddelen.

Bewaren op de juiste temperatuur

Gekoeld bewaren is belangrijk bij onder andere zuivel, vlees en groenten. Door producten te bewaren op 4 °C, wordt de levensduur verlengd of behouden en groeien er minder bacteriën. Een koelkastthermometer kan helpen om de koelkast op de juiste temperatuur te krijgen.

Check de verpakking

Volg voor bewaaradviezen de instructies op de verpakking of gebruik de Bewaarwijzer. Een verpakking helpt om het product thuis en in de winkel langer vers te houden. Het product kan het beste zo veel mogelijk in de oorspronkelijke verpakking worden bewaard.

Niet-eetbare delen

Wanneer we het hebben over voedselverspilling, dan gaat het om de eetbare delen van een product. Soms zijn er veiligheidsrisico's wanneer mensen minder willen verspillen en daarom niet-eetbare delen toch eten. Dit is bijvoorbeeld het geval als mensen schillen eten die daarvoor niet zijn bedoeld. Ook op andere vlakken in de keten kunnen vermindering van voedselverspilling en behoud van veiligheid soms risico's geven.

Wat is het effect op het milieu?

Wanneer voedsel wordt verspild, heeft er al impact plaatsgevonden op het milieu. Dit gebeurde tijdens elke stap van de productie, het vervoer, de verpakking en bereiding thuis. Naarmate voedsel later in de keten wordt weggegooid, zijn de milieueffecten relatief groter. Er is dan al veel energie gestoken in bewerking, transport, verpakking en bereiding.

De geschatte broeikasgasuitstoot die gepaard gaat met het gehele proces dat aan verspilling bij de consument thuis voorafging, is 99 kilo CO2-equivalent per persoon per jaar. Daarnaast wordt het land dat nodig was voor productie van dit verspilde voedsel geschat op 70 m2 per persoon per jaar. Het water dat is verbruikt gedurende het hele proces van de verspilde producten, is geschat op 3 m3 per persoon per jaar. Voor heel Nederland komt dit op jaarbasis neer op gemiddeld 1.7 miljard kilo CO2-equivalent, 1.2 miljard m2 landgebruik en 50.4 miljoen m3 waterverbruik.

  • Verspilling van vlees en vleeswaren zorgt voor ongeveer 1/3 van de broeikasgasuitstoot en landgebruik dat voor niks is geweest voor de productie van het verspilde voedsel.
  • Voor waterverbruik speelt de verspilling van fruit de grootste rol: bijna de helft van het waterverbruik dat nodig is geweest voor het verspilde voedsel.
  • De verspilling van koffie en thee en zuiveldranken hebben ook een grote milieu-impact.
  • Dierlijke producten zoals vlees, zuivel, kaas en zuiveldranken hebben een relatief hoge milieu-impact. Het is daarom extra belangrijk om voedselverspilling te voorkomen in deze productgroepen.

Wat doet het Voedingscentrum tegen voedselverspilling?

Het Voedingscentrum biedt informatie en tools om het tegengaan van voedselverspilling makkelijker te maken. Simpele oplossingen zijn bijvoorbeeld het gebruiken van een boodschappenlijstje, een maatbeker ( Eetmaatje) om de juiste porties te bepalen en weten welke producten je waar en hoe bewaart ( Bewaarwijzer). Met de Receptenapp slim Koken, de Ja-Nee Koelkaststicker en de Vriezersticker zet het Voedingscentrum zich in om verspilling te verminderen bij consumenten thuis.

Het Voedingscentrum is kartrekker van de Actielijn Consumenten van de Stichting Samen Tegen Voedselverspilling. Ook geeft het Voedingscentrum advies voor bijvoorbeeld gemeenten om de aanpak van vermindering van voedselverspilling vorm te geven.

Tools van het Voedingscentrum:

Externe link: