Documentatiecentrum

Het zenuwstelsel

De letters die je nu leest, zie je met je ogen en begrijp je met je hersenen. De informatie die je ogen verzamelen, wordt dus doorgegeven. Dat gebeurt via een soort draadjes. Zenuwen noemen we die. Via de zenuwen gaan er ook weer berichten terug. Niet naar je ogen, maar bijvoorbeeld naar je spieren. Bedenk maar eens wat je allemaal hebt gedaan voor je achter deze computer ging zitten. Je leraar vertelde je misschien dat je een werkstuk moest maken. Dat hoorde je met je oren. Je zenuwen gaven de boodschap door aan je hersenen. Met je hersenen bedacht je hoe je het aan moest pakken. Je wilde DocuKit gaan gebruiken. Maar om dat te kunnen doen, moest je eerst opstaan en naar de computer lopen. Dat vertelden je hersenen via je zenuwen aan de spieren in je benen.

Dit plaatje zie je met je ogen. Die geven die informatie via de zenuwen door aan de hersenen.

Informatie doorgeven

Informatie verzamelen doe je onder andere met je ogen en je oren. Dat zijn zintuigen. Je hebt er nog drie: reuk, smaak en gevoel. Maar het zijn de hersenen die van die informatie iets begrijpelijks maken. Stel, je ogen zien vier pootjes, puntige oortjes en veel haar en je oren horen 'miauw'. Je hersenen gaan met die informatie aan de slag en vinden in je geheugen het woord 'poes'. Pas dan weet je dat wat je ziet en hoort een poes is. Misschien heb je wel eens je elleboog gestoten. Er gaat dan een schokje door je elleboog en je voelt je arm tintelen. Als je dat voelt, heb je een zenuw geraakt. Het voelt als een elektrische schok. Dat klopt ook, want zenuwen geven de boodschappen door met behulp van elektriciteit.

Een snoepje pak je omdat je dat wilt. Maar je hartslag kun je niet zelf regelen.

Sommige dingen doe je omdat je ze wilt. Je wilt bijvoorbeeld een snoepje pakken en opeten. Maar er zijn ook acties die buiten je wil omgaan. Bijvoorbeeld je hartslag en je ademhaling. Of je nu wilt of niet, ze blijven doorgaan. En dat is maar goed ook. Ook zijn er bewegingen die zo snel gaan dat je geen tijd hebt om na te denken of je ze wilt of niet. Die bewegingen heten reflexen. Het zijn eigenlijk automatische reacties van je lichaam. Je pakt bijvoorbeeld een hete pan vast. Voor je het in de gaten hebt, heb je hem al losgelaten. Dankzij die reflex heb je je handen niet erg gebrand.

Reflexen worden geregeld in je ruggenmerg. Dat zit in je rug, in je ruggengraat. Die loopt van je hersenen naar de onderkant van je rug. Er lopen heel veel zenuwen doorheen, naar allerlei delen van je lichaam. Ruggenmerg en hersenen samen noemen we het centrale zenuwstelsel.

Elk deel van de hersenen heeft een eigen taak.

De hersenen zelf zijn een soort grijs-roze pudding die wat lijkt op een heel grote walnoot. De hersenen worden beschermd door je schedel. Ze bestaan uit de grote hersenen, de kleine hersenen en de hersenstam. De buitenste laag van de grote hersenen heet de hersenschors. Daar worden alle bewuste zaken geregeld. 'Bewust' wil zeggen dat je weet wat je doet.

Details en informatie

  • Titel: Het zenuwstelsel
  • Auteur(s): Jeanet de Pee
  • Nummer: IC070
  • Niveau: 4
  • Siso: J 599.6
123movies