Zuid-Afrika

Als je aan Afrika denkt, denk je aan zon, wilde dieren en zwarte mensen. Maar wist je dat er in Zuid-Afrika een soort Oudnederlands wordt gesproken? In Zuid-Afrika waren de Nederlanders, de Hollanders, vroeger de baas. Zij en andere Europeanen hebben ervoor gezorgd dat er blanke mensen kwamen wonen en dat er een christelijk geloof kwam.

Tot 1994 moesten zwarte en blanke mensen in Zuid-Afrika apart leven, omdat de blanken zich beter voelden dan de oorspronkelijke bewoners. Dit heet apartheid. Nelson Mandela, die later president werd, kwam op voor de zwarte mensen en werd hiervoor zelfs in de gevangenis gezet. Sinds de afschaffing van de apartheid is er heel veel verbeterd voor de zwarte bevolking.

Zwarte en blanke mensen leefden lange tijd apart. Op een bord op deze schuur staat: Alleen voor gekleurde mensen. Politieverordening!

'Bewoners'

Zuid-Afrika ligt op het zuidelijk halfrond. Dat betekent dat de seizoenen er tegenovergesteld zijn aan die in Nederland. Als wij winter hebben, is het daar zomer, en andersom. Aan de kust is het warm in de zomer en niet echt koud in de winter. De fijne temperaturen en de mooie natuur met de wilde dieren trekken dan ook veel toeristen. Zij komen voornamelijk voor de 'big five'. Die vijf grote dieren van de Zuid-Afrikaanse natuur zijn de leeuw, de olifant, de buffel, de neushoorn en het luipaard. Ze leven in de wildparken. In deze grote natuurgebieden worden de dieren beschermd tegen uitsterven. Stropers doodden de wilde dieren namelijk om ze te verkopen en rijke mensen jaagden er voor hun plezier op. Gelukkig zijn er nu strenge maatregelen en kun je in een jeep de dieren rustig bekijken of fotograferen. Zo'n reisje per jeep heet een safari.

Op safari in een jeep kun je zo'n olifant rustig bekijken.

Zuid-Afrika heeft verschillende inwoners: Zoeloes, dat zijn de zwarte mensen, blanken, kleurlingen en Indiërs. Zij vertegenwoordigen allemaal een deel van de geschiedenis van Zuid-Afrika. De zwarten zijn de grootste groep.

De komst van de Hollanders en andere Europanen naar Zuid-Afrika had veel gevolgen voor de oorspronkelijke bewoners: de Bosjesmannen, de Hottentotten en de Bantoes. Zij gingen vaak dood aan ziektes die de Europeanen meebrachten. Of ze werden uitgemoord omdat ze tegen de 'indringers' in opstand kwamen.

Tegenwoordig gaan veel Zuid-Afrikaanse mensen dood aan een andere ziekte: aids. Aids wordt verspreid door hiv. De meeste mensen hebben geen geld om condooms te kopen of willen ze niet gebruiken. Condooms voorkomen dat aids wordt doorgegeven aan anderen. De ziekte is een groot probleem in Zuid-Afrika. De mensen worden er steeds minder oud. In 1990 werd een Zuid-Afrikaan gemiddeld 59 jaar, in 2005 was dat nog maar 45 jaar!