Documentatiecentrum

Katten (Junior)

Katten zijn gezellig, eigenwijs en speels. Eén op de zeven Nederlanders heeft een kat. Katten lijken wel eens lui. Ze slapen namelijk zo'n zestien uur per dag! Dat doen ze overdag, want het zijn eigenlijk nachtdieren. 's Avonds willen ze meestal graag naar buiten. Ze jagen dan. Ze kunnen met hun soepele lijf heel voorzichtig lopen. Het prooidier hoort de kat niet aankomen door de kussentjes onder zijn poten. Als de kat dichtbij is, springt hij op het prooidier af met uitgeslagen nagels. Soms jaagt hij om te spelen, maar als hij honger heeft, eet hij de prooi op. Hij neemt de prooi ook vaak mee voor zijn baasje. Zo wil hij laten zien dat hij goed kan jagen.

Een kat is een roofdier. Hij vangt wel eens een vogel of een muis.

Babypoes

Jonge poesjes heten kittens. Meestal krijgt een vrouwtjeskat, de poes, ongeveer vier jongen. Als ze net zijn geboren, kunnen ze niets horen of zien. Na twee weken gaan hun oogjes open. Ze kunnen dan ook de eerste geluidjes horen. Na drie weken kunnen ze lopen en dan gaan ze de wereld ontdekken. Ze zijn ontzettend nieuwsgierig! Met vier weken kunnen ze rennen en spelen. Hun moeder leert ze van alles, zoals muizen vangen en in bomen klimmen. Als een kitten acht weken oud is, kan hij zonder zijn moeder. Hij kan dan naar een ander gezin. In Nederland is de kat het meest geliefde huisdier.

Een kat is een gezellig huisdier.

Katten kunnen niet praten. Toch kunnen ze met geluiden laten merken hoe ze zich voelen. Als een kat geaaid wordt, gaat hij spinnen. Dat is een zacht brommend geluid en het betekent dat hij het naar zijn zin heeft. Als een kat miauwt, wil hij meestal dat je iets doet. Bijvoorbeeld: hem eten geven, de deur opendoen, met hem spelen of hem aaien. Aan zijn lichaam kun je ook veel zien. Als je hem aait en hij zwiept met zijn staart kun je maar beter stoppen. Dan vindt hij het niet leuk. Een boze kat kan je flink krabben of bijten!

Wie een poes wil, moet daar eerst goed over nadenken. Want een poes kan twaalf tot zestien jaar oud worden. Kun en wil je er wel zo lang voor zorgen? Als je het zeker weet, kun je naar een dierenasiel. Daar zitten veel poezen die door mensen zijn weggedaan. Ze wachten er op een nieuw baasje. Wil je een raskat, dan moet je naar een fokker. Een fokker zorgt ervoor dat een poes jonge katjes krijgt. Raskatten hebben een stamboom. Daarop staan alle officiële gegevens van de kat en de voorouders. Je kunt soms ook een poesje krijgen van vrienden of buren met een nestje. Zo'n jong katje moet je nog wel laten inenten. Dat beschermt hem tegen bepaalde ziektes.

Details en informatie

  • Titel: Katten (Junior)
  • Auteur(s): Cora Willemse
  • Nummer: JC175
  • Niveau: 1
  • Siso: J 634.2
123movies