De Tweede Wereldoorlog
De Tweede Wereldoorlog begon eigenlijk al in 1929. Toen ging het niet goed met de handel en de fabrieken. Er kwam armoede en ontevredenheid. Hitler werd in 1933 de leider van Duitsland. Hij beloofde de bevolking betere tijden.
Op 1 september 1939 vielen de Duitsers Polen binnen. Duitsland en Rusland verdeelden Polen. Engeland en Frankrijk hadden beloofd Polen in geval van oorlog te helpen. Daarom verklaarden zij op 3 september 1939 de oorlog aan Duitsland. De Tweede Wereldoorlog was begonnen.
In mei 1940 viel het Duitse leger Nederland, België, Luxemburg en Frankrijk binnen. Het Franse leger werd binnen enkele weken verslagen. Hongarije, Bulgarije en Roemenië sloten zich bij Duitsland aan. Ze waren bang dat ze anders door Rusland zouden worden bezet. Daar waren de communisten de baas. Veel mensen waren banger voor de communisten dan voor Hitler. Een jaar later bezetten Duitse troepen Joegoslavië.
Hitler spreekt zijn aanhangers toe.
Miljoenen doden
Op 10 juli 1940 begon de slag om Engeland. Duitse vliegtuigen bombardeerden Engelse havens en vliegvelden. De Engelsen bouwden een snel soort vliegtuig, de Spitfire. Hiermee vielen Engelse piloten met veel succes Duitse bommenwerpers aan. Na drie maanden werden de rollen omgedraaid. Engelse vliegtuigen begonnen Duitse fabrieken en steden te bombarderen.
Hitler had olie nodig voor zijn tanks en vliegtuigen. Daarom stuurde hij drie miljoen soldaten naar Rusland om er olievelden te veroveren. In korte tijd behaalden Duitse legers grote successen. Maar de Duitsers wilden te veel gebieden veroveren.
De slag om Stalingrad (september 1942 - februari 1943) werd een keerpunt in de oorlog. Het Russische leger versloeg toen voor het eerst een groot Duits leger. Honderdduizenden soldaten sneuvelden. Daarna wisten de Russen de Duitsers langzaam maar zeker terug te dringen. In de zomer van 1944 bereikten ze de Duitse grens.
Op 6 juni 1944 voeren honderden Engelse en Amerikaanse schepen naar de kust van Normandië, in het westen van Frankrijk. Duizenden soldaten van de geallieerden gingen aan wal. Deze invasie ging de geschiedenisboeken in als D-day. Vanaf grote schepen werden tanks aan wal gezet. Twee maanden later werd Parijs bevrijd. Daarna rukten geallieerde troepen verder op naar België, Nederland en Duitsland.
Duitsland werd nu van drie kanten aangevallen. Vanuit het zuiden rukten de geallieerden via Italië op. In het oosten was Rusland aan de winnende hand. Russische legers trokken op naar Duitsland. En na de invasie in Normandië werden de Duitsers ook vanuit het westen aangevallen.
In 1944 werden grote delen van Europa binnen enkele maanden bevrijd. Op 12 september 1944 trokken Amerikaanse soldaten Nederland binnen. Begin mei 1945 bereikten Russische soldaten de hoofdstad Berlijn. Op 8 mei 1945 gaf Duitsland zich over. Hitler pleegde op 30 april van dat jaar zelfmoord, samen met zijn vrouw, Eva Braun.
Duitse steden werden aan het eind van de oorlog zwaar gebombardeerd. Hier loopt een Amerikaanse soldaat tussen de ruines van Neurenberg.
Amerika bemoeide zich pas in 1941 met de oorlog. Dat kwam door Japan. Op 7 december 1941 vielen Japanse bommenwerpers bij verrassing Amerikaanse oorlogsschepen en vliegtuigen aan bij Pearl Harbor op Hawaii. In sneltempo veroverde Japan veel eilanden. In 1942 viel Japan ook Nederlands-Indië aan, dat tegenwoordig Indonesië heet.
Amerika herstelde zich sneller dan Japan had verwacht. Langzaam maar zeker veroverden de Amerikanen eilanden terug.
Op 6 augustus 1945 wierp een Amerikaanse bommenwerper een atoombom op de Japanse stad Hirosjima. Toen gaf Japan zich over.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden zeventien miljoen soldaten gedood. Bijna dertig miljoen burgers kwamen om. Er werden zes miljoen joden vermoord.