Documentatiecentrum

Aaseters

Aaseters eten dode dieren. Veel mensen vinden dat maar vies. En eigenlijk ook laf. Een jagend dier vinden ze sportiever. Die mensen vergeten dat dieren hun instinct volgen. Dat is een ingeboren drang om iets te doen. Bovendien eten ze zelf ook graag een stukje dood vlees. Bekende aaseters zijn gieren en hyena's. Hun lichamen zijn zo gebouwd dat ze snel een dood dier kunnen opeten. Zonder aaseters zou de wereld bezaaid zijn met dode olifanten, kanaries, stekelbaarsjes, poedels...

Microscopisch kleine wezens als bacteriën en schimmels zorgen ervoor dat dode dieren en planten verteren tot er niets meer van over is. Bij grote kadavers zou dat heel lang duren. Aaseters zorgen ervoor dat grote kadavers nauwelijks de kans krijgen om te gaan rotten en stinken. Ze eten ze op en de resten poepen ze weer uit. In de poep zitten meststoffen waarvan planten weer kunnen groeien. Aaseters spelen een belangrijke rol in de natuur.

Aaseters zijn uitstekende opruimers in de natuur.

Op zoek naar dode dieren

Gieren zijn echte aaseters. Ze hebben een kale kop en een lange, kale nek. Daarmee wroeten ze diep in een kadaver om vlees en ingewanden op te eten. Van al het bloed en slijm worden gieren vies. Als ze veren aan hun nek zouden hebben, zouden die nauwelijks schoon te houden zijn. Maar een kale kop en nek zijn gemakkelijk schoon te wassen. De witte kraag van veren onderaan hun nek zorgt ervoor dat de rest van hun lijf niet zo vies wordt. Gieren zweven boven grote open vlaktes en dalen. Ze volgen kuddes vee en grote jagers, zoals leeuwen en wolven. En ze houden andere aaseters die beneden rondlopen in de gaten. Zo scharrelen ze hun eten bij elkaar.

Hyena's leven in grote groepen op de vlaktes in Afrika. Met hun uitstekende neus ruiken ze kadavers al op grote afstanden. Ze hebben een grote bek met sterke kaken en heel sterke kaakspieren.

Haaien en krokodillen zijn waterdieren die ook wel een stukje aas lusten. Krokodillen eten bijvoorbeeld de kadavers van olifanten, nijlpaarden en buffels.


© M. Iwago/Minden/Foto Natura, Wormerveer

De hyena is de bekendste aaseter.

Nederlandse aaseters

In Nederland leven geen grote aaseters. Vossen en buizerds zijn geen echte aaseters, maar ze profiteren wel van dode dieren. Raven, kraaien en zelfs zeearenden komen op kadavers af. In grote natuurgebieden laten mensen een dood hert, rund of wild paard soms expres liggen, zodat de aaseters er wat aan hebben. Binnen enkele weken kan een hele koe vergaan zijn tot een karkas. Alleen de botten en wat lappen huid blijven nog een tijdje liggen. Het kan gevaarlijk zijn om dode dieren te laten liggen. Ze kunnen een besmettelijke ziekte hebben, zoals botulisme. Volgens de wet moet elke dode koe of elk dood schaap meteen worden opgeruimd. Het mag niet dagen of weken in de wei liggen. De meeste dode dieren in Nederland vind je langs de snelwegen. Daar sneuvelen veel dieren onder een auto. Vaak zie je kraaien langs de weg zitten. Kraaien zijn echte opruimers.

Er zijn een paar vissen die ook aas eten, zoals de paling en de bruine Amerikaanse dwergmeerval. Er zijn ook veel wormen, garnalen en larven van insecten en van amfibieën, zoals kikkers en padden, die dode dieren eten. Waar de grote vissen niet bij kunnen, genieten zij van. Ze kluiven de kadavers kaal tot op het bot.

Ook al zijn er in Nederland niet veel grote aaseters, toch blijft van alle dode dieren niets over, behalve hun skelet. Het zijn de vele kleine aaseters, zoals mieren, wespen en vliegen, die zorgen voor de laatste opruimactie.

Details en informatie

  • Titel: Aaseters
  • Auteur(s): William van den Akker
  • Nummer: IC168
  • Niveau: 3
  • Siso: J 598
123movies